- glans
- {{glans}}{{/term}}1 [uitstraling, schijnsel] clarté 〈v.〉2 [spiegelende reflectie; praal, wereldse eer] éclat 〈m.〉3 [eikel (van penis, clitoris)] gland 〈m.〉♦voorbeelden:1 de glans van de maan • la clarté de la lunede glans van de sterren • la lueur des étoileshet lampje verspreidde een flauwe glans • la lampe diffusait une faible lueur2 〈figuurlijk〉 zich door de glans van goud laten verblinden • succomber à l'attrait de l'argentde glans van gepoetste schoenen • le brillant de souliers bien cirésde glans van schoonheid • l'éclat de la beautéde glans van zijde • les reflets de la soiezijn glans verliezen • perdre son éclatmet glans • brillammentogen zonder glans • yeux sans éclat
Deens-Russisch woordenboek. 2015.